Vandaag telt deAuteurs zo’n 1700 auteurs, van jonge starters tot gevestigde waarden. Wie zitten er allemaal achter jullie vennootschap?
Katrien: “We werken met een zeskoppig team en enkele freelancers. Allemaal vrouwen, dus girlpower bij deAuteurs. Samen vormen wij een beheersvennootschap die rechten beheert en die steunt op drie pijlers. Uiteraard zo goed mogelijk de auteursrechten beheren van literaire auteurs, audiovisuele auteurs en theatermakers. Muziek doen we niet, dat zijn de concullega’s voor Sabam. Daarnaast geven wij ook juridisch advies. We maken er echt een punt van om onze auteurs juridisch en zakelijk zo goed mogelijk te begeleiden. Bij het nalezen van contracten, maar ook als ze vragen hebben over hun statuut of over hun uitgever. Dan proberen wij daar zo goed mogelijk in bij te staan. En pijler drie bestaat uit de promotie van hun werken of van hun repertoire. Zo zijn we aanwezig op BRIFF, maar ook op het filmfestival van Cannes, reiken wij beurzen uit, nationaal en internationaal. Wij hebben een uitgebreid beurzenprogramma dat zorgt dat je naast deelname aan bepaalde festivals ook een ontwikkelingsbeurs om te schrijven kan aanvragen of een studiebeurs als student. Dat is de laatste jaren alleen maar verder uitgebreid.”
“Waar we heel trots op zijn, is het project van de Incubator. Dat is twee jaar geleden opgestart op uitdrukkelijk vraag van onze Raad van Bestuur om auteurs of makers te begeleiden bij hun projecten. Dat hoefden niet noodzakelijk jonge makers te zijn. Incubator is opgestart tijdens corona en is dus online moeten gebeuren. Maar wij gaan het binnenkort opnieuw lanceren om makers in contact te brengen met andere makers.”
Klopt het dat jullie slogan luidt: ‘Voor auteurs, door auteurs’?
Katrien: “Inderdaad. Dat is belangrijk voor ons. Hier gaan geen uitgevers of producenten rond de tafel zitten in de Raad van Bestuur. We zoeken wel partnerships, zoals met VOFTP, maar pakken het anders aan dan bij Sabam, waar de muziekuitgevers in die Raad van Bestuur zetelen. De beslissingen moeten bij ons genomen worden voor auteurs, door auteurs.”
“Het kan natuurlijk zijn dat een auteur ook scenarist is, zoals bijvoorbeeld Willem Wallyn, of ook een productiehuis heeft. Dat is niet verboden, maar als hij in de Raad van Bestuur zit, moet hij uitdrukkelijk de kaart trekken van de auteurs. Ik denk dat dat één van de sterke punten is van deAuteurs, dat wij een goede Raad van Bestuur hebben en zeer geëngageerd zijn over de verschillende disciplines heen. Wij willen zo dicht mogelijk bij onze leden staan.”
Hoe creëer je samenhang tussen die leden?
Katrien: “Je voelt dat leden daar meer nood aan hebben na corona, maar wat mij opvalt is dat het makkelijker is om je leden te bereiken als ze allemaal samen op een festival in het buitenland zitten, dan als je een event in Brussel organiseert. Die dynamiek is anders. Het is beter zelf naar je leden te gaan, naar het Filmfestival in Oostende of Gent. Of een theaterfestival waarop je een aantal mensen probeert te spreken. Theater aan Zee is ook altijd belangrijk voor ons. Drie maand geleden waren wij in Bologna om onze auteurs te laten netwerken en ontmoetingsmomenten te creëren.”
Wat is jullie verhouding tot bijvoorbeeld Sabam of Playright?
Katrien: “België is op dat vlak een atypisch land met te veel beheersvennootschappen, vijfentwintig voor alle disciplines. De uitgevers hebben er vijf of zes. De producenten… Er bestaan maar twee feitelijke monopolies: PlayRight voor uitvoerend kunstenaars en Sabam voor muziek. Op alle andere terreinen is er een gezonde concurrentie die je scherp houdt. Anderzijds moet je ook sterk kunnen staan naar je exploitanten toe. Als je naar de VRT stapt, moet je al met een serieus repertoire komen. Daar zeggen ze dan: ‘Maar straks komt Sabam en daarna komt Jam voor de journalisten en dan komt misschien ook nog eens Sofam voor de visuele kunstenaars.’ Eén van de uitdagingen zal zijn om op termijn zo goed mogelijk samen te werken en aan exploitanten de nodige garanties te bieden. Het is één ding om te gaan onderhandelen met Telenet, VRT of SBS Belgium. Morgen gaan onderhandelen met YouTube of Google is nog iets anders. Hoewel we met Netflix wel bezig zijn. Die onderhandelingen doen we vaak samen met SACD en Scam, de Franstalige beheersvennootschappen. Zeker op internationaal vlak lukt het zo beter.”
Waar ligt de grootste, strategische uitdaging voor jullie?
Katrien: “In de toekomst moeten we zoeken meer synergie. We zijn daar nog niet helemaal uit, maar we hebben wel al een goede verstandhouding met de belangenverenigingen. De Vlaamse Auteursvereniging die mee aan de wieg stond van deAuteurs, de Scenaristengilde en de Unie van Regisseurs. In het theaterlandschap hebben we niet onmiddellijk één aanspreekpunt van auteurs. Of het tot iets gaat leiden, weten we niet. Maar ik denk dat de toekomst naar een meer eengemaakt model gaat. Wel met een duidelijke autonomie van enerzijds muziek en anderzijds grote rechten, zoals literaire, audiovisuele en theaterrechten.”
“Verder moeten we er natuurlijk voor zorgen dat exploitanten niet zomaar blijven exploiteren zonder vergoeding. Wat online vaak het geval is. Dat is één van de grootste uitdagingen. Ervoor zorgen dat auteurs online ook correct vergoed worden. Er bestaat wel een Europese Richtlijn die nu wordt omgezet in Belgisch recht. Dat wordt momenteel besproken in de parlementaire commissies. Maar dan moet het ook nog in de praktijk worden gebracht.”
“Nog een andere uitdaging is streven naar een sectoraal akkoord. Er zijn al een tijdje gesprekken gaande tussen de Scenaristengilde, de Unie van Regisseurs en VOFTP om een aantal zaken in kaart brengen, zoals vergoedingen of een dispute settlement-mechanisme.”
Welke vraag krijgen jullie het meest binnen?
Katrien: “De vraag om contracten na te lezen. Ik raad ook iedereen aan om hun contract door te sturen. Of dat nu over een modelcontract voor literaire werken gaat dat reeds onderhandeld is of over audiovisuele contracten. Omdat het belangrijk is om die kleine lettertjes te lezen. Soms krijg je dan een boek van twintig bladzijden en dan moet je door het bos de bomen blijven zien. Onlangs stond er in een contract een clausule van een exploitant die zich echt agressief opstelde, die naar een All Rights Included neigde en die het collectief beheer buiten spel probeerde te zetten. Wat gelukkig niet zo evident is, want er bestaan ook wettelijke garanties. Maar dan is het wel goed om een auteur daarop te wijzen.”
“Wij kunnen ook mee contracten gaan onderhandelen als de auteurs dat willen. Want een auteur focust zich natuurlijk graag op het artistieke en het zakelijke vertroebelt soms wel de verhouding tussen auteur en producent of uitgever. Vragen om bemiddeling over de verdeelsleutel tussen auteurs onderling krijgen we ook binnen. De ene vindt dan dat hij wel recht heeft op 80 procent en de andere vindt op 70 of 20 procent. Verder vragen veel leden eerstelijns, juridisch advies: ‘Ik ga draaien, wat is een clausule voor portretrecht?’ Of nu de fiscale fiches zijn verstuurd: ‘Hoe moet ik mijn belastingaangifte auteursrechtelijk invullen?’ En verder komen er ook vragen binnen over een aantal mogelijke plagiaatzaken.”
Wat is er na corona veranderd voor auteurs?
Katrien: “De compensatie van de federale regering tijdens de pandemie is heel goed geweest. Post-pandemie is het heel belangrijk dat auteurs snel worden uitbetaald. Het theater is wel vlot aan het heropstarten. De vraag is of het publiek altijd volgt. Dat is moeilijk om dat nu al te evalueren. We zullen ook zien wat het geeft met de festivals.”
“Voor de audiovisuele auteurs, zeker voor onze fictie-makers, is het heel moeilijk om op lange termijn in te schatten of er nog veel ruimte gaat zijn voor Vlaamse fictie. Je ziet wel dat een aantal auteurs het internationaal goed doet, maar als we opnieuw programma’s zoals Het Swingpaleis gaan maken, kan dat nadelig zijn voor de Vlaamse fictie. ‘Thuis’ wordt nu uitbesteed aan een extern productiehuis. Wat betekent dat voor de continuïteit van producties? Dan heb je nog de creatieve web-series. Het is heel moeilijk om daarvan te leven.”
“Ook ontstaan er veel nieuwe productievormen. Samen met het VAF en het Nederlands Filmfonds hebben we het ‘cross-over lab’ georganiseerd omdat we zien dat in de toekomst genres zich gaan vermengen. Het hokjesdenken verdwijnt steeds meer. Verder staat het vergoedingsmodel nog niet altijd goed op punt. We hebben fantastische podcast-makers, maar als die podcasts veelvuldig worden gedownload op Spotify of elders… Een grote uitdaging is de juiste vergoedingsmodellen vinden voor auteurs. Dat vind ik post-Covid wel een moeilijke kwestie. Het is ook lastig in te schatten hoe het op termijn loopt met inkomsten van de zenders, want er is natuurlijk een relatie tussen de omzet van de zenders en inkomsten voor auteurs. Momenteel zie je veel heruitzendingen en het is natuurlijk de bedoeling dat nieuwe auteurs ook van start kunnen gaan. Er bestaat wel een investeringsverplichting die opgelegd wordt op basis van het Mediadecreet, maar dat is niet genoeg. Zolang producties niet kunnen opstarten, zitten we nog ver van huis.”